De koopkracht van mensen met een pensioen nam in 2020 met slechts 1 procent toe. Terwijl werknemers er in doorsnee 4,3 procent op vooruit gingen. Al jaren zijn gepensioneerden de hekkensluiters als het gaat over koopkrachtontwikkeling. Vandaar dat Fractie den Haan wil dat pensioenen geïndexeerd worden.
“De pensioenen zijn al meer dan tien jaar niet geïndexeerd, geen wonder dus dat gepensioneerden hun koopkracht niet of amper zien stijgen”, zegt Liane den Haan. “Het wordt hoog tijd dat de indexatie van de pensioenen weer wordt hervat, zodat ze weer meestijgen met de kosten van het levensonderhoud!”
Grootste groei
Uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) blijkt dat Nederlanders in 2020 in doorsnee 2,2 procent meer koopkracht hadden dan het jaar ervoor. Dat is de grootste groei sinds 2016. De stijging in koopkracht over 2020 lag hoger dan in de jaren ervoor: in 2019 steeg de koopkracht van de totale bevolking met 1,5 procent, in 2018 met 0,6 procent.
Minst fortuinlijk
Werknemers kwamen er in 2020 het beste vanaf: hun koopkracht steeg met 4,3 procent. Mensen die pensioen ontvangen zijn het minst fortuinlijk: hun koopkracht steeg vorig jaar in doorsnee met slechts 1 procent. De inflatie, die in 2020 op 1,3 procent lag, is al in dit cijfer verwerkt. Bij pensioenontvangers is de spreiding van de koopkrachtgroei doorgaans beperkt. In 2020 steeg voor meer dan de helft van de pensioenontvangers de koopkracht met 0 tot 3 procent.
Weer indexeren
Het is niet voor het eerst dat gepensioneerden hekkensluiter zijn in de koopkrachtcijfers van het CBS. Ook in 2019 hadden gepensioneerden de minste koopkrachttoename, namelijk 0,7 procent. In 2018 daalde de koopkracht van mensen die pensioen krijgen zelfs, met 0,4 procent.